zondag 4 oktober 2015

Home sweet home

Het besef dat er een einde aan komt, wordt zeer tastbaar. We varen vandaag het laatste stukje naar de thuishaven Willemstad. In de namiddag hebben we afgesproken met mijn ouders, waardoor we het laatste stukje toch nog wel de gang erin moeten zetten. Het wordt motoren, er staat weinig wind en ook nog eens recht op de kop. Voor kruizen hebben helaas geen tijd.

Binnenvaren in de thuishaven veroorzaakt een apart gevoel. Het is echt voorbij, afgelopen. Morgen nog een dagje opruimen, schoonmaken en dan moeten we beiden weer aan de slag. Maar aan de andere kant zijn we ook heel, heel erg blij dat we weer gezond en wel thuis zijn gekomen. Dat we dit hebben mogen en kunnen meemaken. Nog een keer knuffelen we elkaar op een behouden thuiskomst.
En nadat mijn ouwetjes wat later dan gepland (ivm verkeersproblemen) zijn aangekomen, proosten we in de kuip met champagne.

Wat een fantastische reis en wat een voorrecht om dit te hebben kunnen doen. We gunnen dit iedereen.


Oosterschelde

Met 3 overgebleven Nederlandse jachten (de Barnstormer, de Pandion en wij) vertrekken we vanochtend richting Nederland. Via de AIS zien we dat we alle drie voor een andere zee ingang kiezen (Vlissingen, Oosterschelde en Stellendam).
Het is onverwachts nog een heerlijk zeildagje. Nico knoeit met zijn 2 nieuwe vislijnen met de blinkertjes, maar vangt helemaal niets.
Direct na het passeren van de Roompotsluis ankeren we in ons favoriete baaitje en genieten van het laatste zonnetje op ons voorterras met nog de restantjes van de chips en de worstjes. Het zit er bijna op.

Oostende

De volgende ochtend is het een grote uittocht, de haven van Bourlogne sur Mer stroomt leeg. Wij zijn een van de laatste, die vertrekken, omdat Nico de stuurautomaat nog wil checken. Vannacht heeft hij bedacht wat de oorzaak van het mankement zou kunnen zijn en dat wil hij nog nakijken. Onderweg blijkt dat niet het geval te zijn en sturen we weer op het handje.
Het begin van de tocht is de zee nog ruw. Aan 't eind van de ochtend kalmeert de zee, maar krijgen vervolgens bakken met regenwater over ons heen. Een grijze, grauwe dag. Saai!!
We hebben helemaal geen zin om door te varen naar Vlissingen en nemen het er nog lekker van in Oostende: warme douche en heerlijk gegeten bij bistro van Eijck.
We zijn niet de enigste die er zo over dachten. De helft van de 'vloot' uit Bourlogne zien we ook liggen in Oostende. Onze Belgische zeilvrienden uit Honfleur hebben hun thuishaven bereikt. De boot ligt veilig afgemeerd in het Mercatordok. Alles ziet er stil en verlaten uit .... waarschijnlijk zit het stel al hoog en droog in Brussel.

We hebben een nieuwe hobby

Als ik een schoenenzaak voorbij loop, kan ik niet anders dan even in de etalage kijken. En staat daar wat moois in, dan werkt die deur als een magneet voor mij. Nico heeft dat met watersportzaken. Altijd even binnen kijken, misschien brengt dat ons op ideeën (zegt hij dan).
Na de succeservaringen met de tonijn en de makrelen, heeft Nico het vissen ontdekt. Voorheen schamperde hij over het vissen .... "je gaat toch niet een hele dag naar een dobbertje zitten staren".
Maar nadat hij bij de laatste vispoging een heel tuig verloren heeft,  moet er dus een nieuw tuig voor makrelen aangeschaft worden. Overigens hadden we wel 3 makreeltjes gevangen, maar ze waren zo klein dat we ze maar teruggezet hebben.
Hier in Bourlogne zit een grote uitgebreide vis-sportzaak (hoe heet zo iets?). Nico wordt dolenthousiast van al die soorten en kleuren namaakvisjes en lijnen. Hij koopt van die grote blinkers voor tonijn/ zeebaars en een nieuw makrelentuigje. En nu maar hopen dat de vissen dit enthousiasme niet in de gaten krijgen.

Bourlogne sur Mer

Na een ruig dagje op zee, zien we bijna ieder schip met bemanning een dagje rust nemen. Niet zo heel gek, omdat er vandaag weer zo'n zelfde weerbericht (met stormwaarschuwing) is uitgezonden.
Het is dan ook zwaar bewolkt weer en met tijd en wijlen regent het. Op weg naar de oude hoge bovenstad, komen we een klein parkje tegen, die onderverdeeld is in 4 gedeelten. Ieder deel is op een unieke manier ingericht. Centraal in zo'n gedeelte staat 1 bepaalde kleurtint (rood, geel, groen en bruin), waarin bloemen met kunst is verweven. Echt een leuk projectje.
            
We lopen door naar de oude hoge bovenstad, wandelen over de oude stadswallen, bekijken de Notre Dame kathedraal en verbazen ons over hetgeen deze stad te bieden heeft. Het museum in de oude burcht slaan we over. We hebben effen genoeg musea gezien deze vakantie. Later horen we dat dit
                              zeer de moeite waard was. Als je tenminste van moderne kunst houdt. Oke, dan houden we dit tegoed voor een volgend bezoek.
In de namiddag snuffelen we nog wat rond in 2 watersport- en een viszaak. We moeten schuilen voor een zeer flinke regenbui, maar halen later alsnog een nat pak.
s'Avonds eten we een pizzaatje in de stad en weer komt Nico erachter dat ze eigenlijk alleen in Italie goede pizza's kunnen bakken (ha, ha, ...)
               

zaterdag 3 oktober 2015

Hoe is het met onze zuiderburen?

Eenmaal vast in de haven van Bourlogne sur Mer zien we het jacht van onze oudere Belgische buurtjes 2 steigers verderop liggen. We gaan even buurten om te horen hoe het hen vergaan is. Deze mensen hebben 40 jaar zeilervaring met de helft ervan op deze boot, dus hen 'maak je niets'. Zij hebben 'lekker' gezeild. Ze hadden alles goed onder controle en blazen nu even uit.
We zijn ongerust over onze jongere Belgische vrienden. Nadat het harder ging waaien werd ook het zicht minder en hebben we hen niet meer gezien.
Gelukkig komen zij ruim 2 uur later ook binnen varen, uitgeteld, maar ook blij. De Belgische onervaren dame probeert zich eerst nog enigszins groot te houden (durft het niet toe te geven), maar nadat ik bevestig dat het normaal is dat je bang bent als je dit nog niet eerder hebt meegemaakt, bevestigt ze dit aarzelend. Ik hoop maar dat ze niet gelijk het zeilen aan de wilgen hangt.

Na zo'n ruige zeildag zie je in een haven een totale verbroedering onder elkaar ontstaan. Nog meer dan anders helpt iedereen elkaar bij het aanleggen en kunnen de aankomers uitgebreid hun hart luchten en op adem komen. Ervaringen worden gedeeld en er wordt een hart onder de riem gestoken voor de minder ervaren zeilers.

Om 22 uur is het verdacht stil in de haven en de meesten blijven de volgende dag even liggen (uitrusten). Hoezo: zeilen is een makkie :)

Not an ordinary day at the office

Hoewel er gisteren een stormwaarschuwing van kracht was, leek het op zee goed te doen. We zijn meerdere keren naar het strand gelopen, maar geen verontrustende dingen gezien. Vandaag gaan we weg en als het lekker gaat, willen we gelijk door naar Oostende of verder. Net als gisteren geeft de Navtex (instrument, die wereldwijd weersberichten uitzendt) ook vandaag een stormwaarschuwing af. Echter we krijgen het windje mee (dus in de rug) en dan kan je wat meer wind 'hebben'.
Omdat we alleen 2 uur voor t/m 2 uur na hoogwater de haven uit kunnen (voor- en nadien blijft de sluis dicht), vertrekken we met 3 boten tegelijkertijd. Onze Belgische zeilvrienden uit Honfleur, nog een Belgische boot met een ouder echtpaar en wij. Het begint rustig, nauwelijks wind en blijven daarom nog wat motoren. De Belgen zetten gelijk zeil, net als de Fransen, ook al staat er nauwelijks wind.
Eenmaal buiten de haven pakken we alle drie een andere route. Het oudere Belgische echtpaar pakt de recht-toe-recht-aan route. Ondertussen is de wind toegenomen en hij boomt zijn genua (voorzeil) uit. Hij zet een hulpstuk (dat heet een boom) aan de onderzijde van het zeil, zodat het zeil niet kan gaan klapperen. Dit moet je als voorzorg doen als je bij deze wind met genua en grootzeil vaart. Tevens zet hij zijn grootzeil vast in een zijdelingse positie (boelentalie).
Wij pakken de tussenroute, omdat we alleen op de genua varen. Er wordt veel wind voorspeld  en daarom vinden wij het zeer onplezierig en onwenselijk om op het voordek werkzaamheden te moeten doen (bijvoorbeeld boom los maken om zeil van de genua te minderen). Grootzeil zetten we niet op. Zoveel snelheid genereert dit zeil niet bij deze windkracht en wij vinden het meestal lastig om ook dit zeil snel te kunnen inhalen als de wind verder toeneemt.
De andere Belgische boot (meer onervaren zeilers) kiezen ervoor om vlak onder de kust te varen. Voordeel kan zijn dat er minder wind staat, maar omdat hij de kustlijn moet volgen, moet hij halverwege opkruisen, naar de wind toe draaien. Bij veel wind is dat echt ongunstig.
In de loop van de dag begint de wind met het uur door te zetten, harder te gaan waaien. Om 1 uur lukt het mij nog om bammetjes klaar te maken, een uur later is dat zeker niet meer het geval. Dan leven we op koek, banaan en water. Onze stuurautomaat happert ook weer en Nico staat de hele rit handmatig te sturen, best een vermoeiend karwei met deze wind.
We besluiten om koers te zetten naar Boulogne sur Mer en dus niet verder te gaan. Maar of dat gaat lukken?7. De zee naar San Blas


De ommekeer in het weer

Zondagmorgen worden we bruut wakker gemaakt: forse regenbuien met veel wind. Om ons heen is alles grauw en grijs. Wat een contrast met gisteravond. De voorspellingen voor de komende dagen laat niet veel goeds zien. We verwachten dat we morgen of overmorgen een 'verwaai dag' gaan krijgen.
Maar eenmaal vertrokken klaart de lucht na een uurtje op en krijgen we zo'n 'zon-met-wolken-tikkertjes-dag'. Als de wolken gepasseerd zijn, schijnt het zonnetje fel en is het ineens goed warm totdat de volgende wolkenpartij weer roet in het eten gooit.
In de namiddag varen we het zeer nauwe havenkanaaltje van St. Valerie en Caux binnen. Ook deze haven valt geheel droog bij laag water. Eerste foto is haven vanuit het perceptief van de sluis. Tweede foto is dezelfde haveningang bij eb vanuit zee genomen.
                          


We ontmoeten onze Belgische vrienden uit Honfleur weer. Ook zij zijn hier gestrand.
Natuurlijk wandelen we rond in het dorp en blijven we steken op het kiezelstrand. Ik heb spijt dat ik m'n zwemspullen niet heb meegenomen.



De volgende dag, waar de weerkundige een windkracht 7 en hoger voor hadden opgegeven, liggen we 'verwaaid' in St. Valerie en Caux. Dat wil zeggen dat we vanwege de weersverwachting het niet verantwoord vinden om de zee op te gaan. We bekijken in de plaatselijke VVV uitvoerig de weerkaartjes en grip files van de MET Office. Verder rommelen we wat, wandelen tussen de buien door in het dorp en plannen de rest van de terugreis (zover als mogelijk is).


Mooie zeildag

Vanuit Honfleur varen we verder noordwaarts. Met een flinke wind en veel zon is het een fantastische zeildag. Tegen de avond varen we Fecamp binnen, waar ik nog snel een duik in het heldere zoute water neem. Fecamp heeft een groot kiezelstrand. Omdat ik gevoelige voetjes heb en niet zo best op blote voeten kan lopen, schuifel ik op m'n achterste naar de waterkant. Te oordelen naar de gezichten om me heen, moet het een hilarisch gezicht zijn geweest.

s'Avonds flaneren we nog heerlijk over de boulevard, waar jong en oud nog geniet van een prachtige mooie zomeravond. Tot laat zitten we nog in de kuip na te genieten.

St Pierre vissen en Honfleur

Na een zeer gezellig avondje zwaaien we s'morgens Hans en Susan uit, zij vertrekken richting Caen. Voordat wij vertrekken, loop ik nog even het dorp in, omdat Susan mij vertelde van een grote dagelijkse vismarkt. Ik kijk m'n ogen uit. Dit is werkelijk al een bezichtiging waard, zonder iets te kopen. Er zijn zeker 10 viskramen met wel tig verschillende soorten vis- , schelp- en schaaldieren. Ooit weleens van een St. Pierre vis gehoord? Mogelijk zal deze vis erg lekker zijn, maar hij ziet eruit als een verminkt oud mannetje.

       

Onderweg naar Honfleur, weer zo'n kippe eindje van wel 12 mijl, laat de wind het afweten en moet dus de motor aan. Maar dat wordt een hele uitdaging, want ook onze versnellingsbak laat het vaak afweten en valt dus regelmatig uit zijn werkstand. Daarom varen we tot aan de riviermonding van de Seine achteruit ipv met de boeg naar voren. Hier keren we om en pakken het stroompje mee tot aan de sluis van Honfleur. 
De volgende dag wordt de gear box geleverd en Nico kan aan de gang gaan. Ondertussen is de temperatuur opgelopen tot tropische waarden en is het hard zweten voor hem in zo'n nauw machinekamertje.   

Honfleur behoeft haast geen introductie: het is de toeristen trekpleister van Normandië. Een Middeleeuws handelsstadje, wat geheel behouden is en niet ten onder is gegaan aan de Duitse luchtaanvallen in de 2de WO. De binnen jachthaven ligt ingesloten aan terrassen, die van s'morgens half 10 tot s'nachts 1 uur bevolkt zijn. In de achteraf straatjes vind je tig galerijtjes en boutiques. Behalve veel oude gevels/gebouwen heeft Honfleur ook een aantal particuliere mooie, goed onderhouden parken, die overdag opengesteld worden voor het publiek. 
           

Een inspirerend en gezellig avondje met oude eigenaars

Quisterham is op zich niet zo heel bijzonder. We hebben dit plaatsje zo'n 5 of 6 jaar geleden ook eens aangedaan en daarvan is weinig blijven hangen. Maar toch willen we hier graag naar toe. We hebben hier afgesproken met Hans en Susan. Zij zijn de oude eigenaren van onze boot, 6 jaar geleden hebben we hun Sobat Kras gekocht en omgedoopt tot Bai Sait. Zij hebben een andere, grotere boot gekocht en ondertussen een aantal grotere reizen gemaakt. Via hun blog hebben wij hen regelmatig in de gaten gehouden. Omdat we wisten dat ze deze periode ergens in hetzelfde vaargebied zouden rondvaren, heeft Nico aan 't begin van de vakantie contact gezocht.
Het wordt een hartelijk weerzin en binnen no time zitten we bij elkaar te kletsen in de kuip. Natuurlijk komt ook het onderwerp oceaan oversteken/wereld zeilen aan bod. We hebben ondertussen al aardig wat versies van droomreizen gehoord en ook de verschillende manieren, waarop die ingevuld/verwezenlijkt worden. Want niet iedereen kiest ervoor om direct een oceaan over te steken: er zijn diverse varianten op het thema 'langere tijd weg met de boot'. Lengte van de beschikbare tijd, zeilervaring, zelfvertrouwen, het hoe en waar naartoe verschillen nogal eens. Wij vinden het heel inspirerend hoe andere zeilers hierover hun verwachtingen hebben, hoe ze hier invulling aan (willen) geven, wat ze onderweg ervaren en hoe dit dan uiteindelijk uitpakt. Ook wij dubben met de vraag doen we wel of geen rondje Noord Atlantic. En zo ja, wanneer dan? Wachten tot pensionering of juist niet? Of gaan we nog langer en verder weg?
Hans en Susan delen hun ervaringen openlijk met ons en dat zet ons aan 't denken.
Ondertussen worden ons beider schepen uitvoerig bekeken & bewonderd en glijdt de namiddag moeiteloos over in de avond. Na een heerlijk hapje nog op het buitenterras van een plaatselijk restaurantje is het alweer bedtijd, want morgen moeten zij verder de rivier op richting Caen en wij met het tij mee naar buiten richting het noorden.
Een van de geneugten van het zeilen is toch wel om her en der zeilvrienden op te doen, waar het razendsnel mee klikt en je algauw een hele leuke, inspirerende avond mee zit te bomen. Verrassend genoeg blijkt vaak dat er veel meer wederzijdse interesses zijn dan alleen het zeilen.

Tandwielkast problemen

Het ene technische mankement is nog niet opgelost of het volgende dient zich aan. Van wereld zeilers lees je wel eens dat ze vooral bezig zijn met het op orde houden van hun schip (en dus de eigen veiligheid) en ik begin daar nu wel een beeld van te krijgen.
Gistermiddag tijdens het binnenvaren naar Deauville/Trouville 'klapte' de motor uit zijn werkstand. Toch altijd even spannend als je middenin een nauw havenkanaaltje vaart met een fikse stroming. Gelukkig pakte de motor het daarna weer op en konden we veilig op ons plaatsje komen. Nico heeft het middags nog nagekeken en de olie leek vervuild.
Maar de volgende dag, onderweg naar Quisterham, op een afstandje van slechts 15 mijl, hebben we weer problemen. Na wat testjes, wijzen deze toch echt op een kapotte gear box (versnellingsbak). Doordat Nico goede documentatie bijhoudt, kunnen we snel handelen. Een nieuwe gear box wordt bij de Nederlandse firma besteld en opgestuurd naar Frankrijk.

Deauville en/of Trouville

De volgende dag lopen we s' middags Deauville/Trouville binnen. De haven ingang ligt  precies in het midden van de beide plaatsen, rechts Deauville en links dus Trouville. Het is echt een Normandische badplaats, waar voorheen de rijke Parijsenaren een 2de huis aan zee hadden. Deauville heeft nog wel de allure van een hautaine badplaats, maar de tand des tijds heeft zijn intrede gezet. Hoewel de uitbaters van de strandtenten daar nog niet van willen weten; een flesje bier kost 6 eurootjes en een sorbet is EUR 12,50. Maar misschien is die wel niet te versmaden. Wij nemen wel een Ola ijsje even verderop.
Nico slentert langs de waterkant terwijl ik nog heerlijk een paar baantjes zwem. Vanwege de stroming zwem ik langs de waterkant en hoop dat Nico mij in de gaten houdt. Tijdens het zwemmen schrik ik, omdat ik 'iets' langs mijn onderbenen voel glippen. Later vertelt Nico dat er een behoorlijke grote vis naast mij opdook. Waarschijnlijk zijn vis en ik van elkaar geschrokken.


s'Avonds lopen we langs het havenkanaal tot het strand van Trouville. Er is hier een verval van ruim 6,5 meter en het havenkanaal droogt voor het grootste deel 2 meter boven de waterlijn op. Met een aluminium hijstoestel wordt er een voetgangersbruggetje neergelaten zodat je voor 50 cent per persoon van de ene naar de andere kant van het havenkanaal kunt lopen. Dat scheelt echt een heel eind omlopen, want het kanaal is zeker zo'n 500 m.


Op het strand genieten we slechts kort van een kopje koffie/thee met uitzicht op zee, omdat we belaagd worden door de muggen.

Hink-stap-sprong

Vanuit Guernsey vertrekken we met stroom mee naar Cherbourg voor een reparatiestop. De accumulator van het watersysteem is kapot en we hopen daar de vervangingsonderdelen te kunnen kopen.
Bij het eiland Alderney loopt de stroom zo hard mee, dat we door het water 6 knopen doen, maar over de grond wel 13,9 knopen afleggen. Dit moet Nico natuurlijk even op de foto vastleggen.

In Cherbourg zijn we ook van plan ook even een tij stop te maken van ongeveer 6 uurtjes, zodat we ook weer stroompje mee hebben als we richting het noorden verder gaan. Helaas hebben ze daar niet de verwachte accumulator en brengt Nico een 'noodverbandje' aan.
Ondertussen is het toch nog goed weer geworden en verdoe ik de tijd met het zonnen op het achterdek.
s'Avonds vertrekken we weer voor een paar uurtjes, omdat we eigenlijk alleen met hoogwater de meeste haventjes van de Seinebaai kunnen binnenlopen.
Onderweg gooien we het visplankje nog een keer uit. De eerste vangst na 15 minuten is 1 behoorlijke makreel. De 2de vangst na nog geen 5 minuten zijn in een keer 5 makrelen. Bij elkaar weer genoeg voor 2 maaltjes.

Met een ondergaande zon en zeer rustig zeetje genieten we van een heerlijk makreel maaltje.
In het donker ankeren we achter een paar rotspunten in het baaitje bij Ile des St. Marcouf. We slapen weer een tij en gaan s'morgens vroeg weer verder.


vrijdag 4 september 2015

Medieval festival

Ook op Guernsey is het zondags stilletjes. s'Middags bezoeken we eindelijk eens het Cornet Castle, een middeleeuws slot bij de ingang van de haven. Het is er gezellig druk, omdat er een middeleeuws festival wordt gehouden. We krijgen uitleg over de strijdwapens en de uitrusting van de soldaten in die tijd. Enkele heren lopen in deze strijduniformen en geven uitleg hoe er toentertijd oorlog gevoerd werd, vooral de technieken zijn allerminst fijn- en zachtzinnig.
Nico mag ook nog even zo'n beschermend hoofddeksel uitproberen en moet toegeven dat lichtgewicht materiaal nog niet voor handen was.

(foto komt nog).

An English way of communication

Onmenselijk vroeg (02.00 uur) moeten we vanuit l'Aber Wrach vertrekken om het tij mee te hebben. Maar eenmaal buiten gaat 't heerlijk. We zeilen bijna de hele dag en bespreken nog de mogelijkheid om direct door te gaan naar Cherbourg ipv Guernsey. Het is echter zaterdagavond en we weten dat er op zondag weinig te beleven valt in Franse steden. Dan toch maar even een pintje halen op Guernsey.

In de buitenhaven van Guernsey ligt een zeilboot van het merk Oyster 57,5. Dat is best wel een mooie grote boot van zo'n 17,5 meter. Tussen onze gewone schepen, valt zo'n groot schip op, zeker omdat de mast en de uiteinden van de zalingen (horizontale zijstukken van de mast) verlicht zijn met LED lampjes. Een van die LED lampjes op een zaling is uitgevallen en ik grap al tegen Nico of hij niet even de eigenaar kan waarschuwen dat onze steigerlantaarn wat flauwtjes is.

De havenmeesters van Guernsey varen rond in dingky's en zij wijzen ieder binnenkomend schip een plaatsje aan. Zeker in het seizoen als het druk is, moet er 'aangebouwd' worden: schepen worden aan elkaar, langszij vastgemaakt. En je moet over het voordek van een ander schip om op de steiger te komen.
Zondagnamiddag meert er een 10 m. zeilboot langs de 17,5 m. Oyster aan. De gedistingeerde Engelse oude heer van de Oyster maakt geheel op Engelse wijze duidelijk dat hij niet gediend is van een buurman. Zonder boos te worden, geeft hij overdreven te kennen dat hij eerst op de hoogte gesteld had moeten worden van het feit dat er een andere boot naast de zijne gelegd kon worden. De avond ervoor had hij kunnen zien dat het op alle steigers 2 a 3 rijen dik lag. De betreffende havenmeester haalde zijn schouders op en vertrok zonder een woord erover vuil te maken. De mensen van de 10 m boot hielden wijselijk hun mond en de gedistingeerde heer  ....  hij drop af en moest genoegen nemen met een voldongen feit.

Tijdsbeleving

Een normale vakantieduur is voor ons 3 weken. Nu we echter nog maar 3 wk hebben, lijkt dat zo kort. We zitten halverwege de Bretonse zuidkust en Nico wordt enigszins zenuwachtig. Hij wil mijlen maken. Maar ik wil nog zoveel zien. Ik vertrouw er wel op dat we het redden en vind het daarnaast minder belangrijk om nog dichterbij huis havenplaatsen te gaan bekijken. Die kunnen we ook immers makkelijk in een van de komende jaren doen. Wat mij betreft blijven we hier zo lang mogelijk en gaan dan in een paar grotere etappes naar huis. Maar voor Nico's standpunt valt ook wel wat te zeggen: denk maar aan de 'verwaaidagen'. Dus wordt het een compromis. We maken beiden een lijstje met plaatsen, die we nog willen bezoeken. Wonderbaarlijk staan veel overeenkomsten op.
De eerste week lijkt mijn voorstel meer uit te komen. We hebben genoeg wind, maar steeds tegengesteld en dus wordt het veel kruisen: veel mijlen op het log, maar weinig mijlen richting huis. Na zo'n anderhalve week komt daar verandering in.

vrijdag 14 augustus 2015

Zeilen is ook plannen wijzigen, deel 2

De volgende dag vertrekken we, net als velen anderen van de ankerplaats richting het kleine zeegaatje Raz du Seine. Nauwelijks in de Raz of er komt een dikke mist opzetten. De hele dag blijft het mistig met een zicht van ongeveer 250 tot 100 meter. Het is een zeer eenzame wereld. Wederom besluiten we om niet door te varen, de nacht in, maar een stop te maken in l'Aber Wrach.
s'Nachts zijn we blij dat we die beslissing genomen hebben. Ondanks deze zeer beschutte haven, bijna 3 mijl landinwaarts, stormt het behoorlijk en liggen we veel wakker. De wind trekt hard aan de boot, zodat de lijnen kreunen en steunen. Het anders zo heerlijke gekabbel van het water is nu veranderd in hevig geklots. We gaan regelmaat even buiten kijken of alles nog goed ligt.

De volgende morgen is de wind nog niet uitgeraast en wij besluiten om nog een tij te wachten. We nemen het er nog even van, voordat we vanavond laat vertrekken.

Zeilen is soms ook plannen wijzigen en inspelen op de omstandigheden

In Concarneau maken we ons en de boot klaar voor een langere trip. Nico kijkt alle technische dingen na, bunkert diesel en zoet water en ik verzorg de bevoorrading ( proviand). Alles wordt opgeruimd en zeevast gezet. O ja, ik bevoorraad ook mijn schoenenkast (ha, ha): een paar rode laarsjes, zulke had ik nog niet. En een paar zwarte sandaaltjes. Zo goedkoop in de uitverkoop, kon het gewoon niet laten liggen.
We moeten de Raz du Seine door, een zeer nauw gaatje tussen enkele eilandjes, waar het behoorlijk tekeer kan gaan. In de pilots wordt sterk geadviseerd om de doorgang nauwkeurig te plannen met 'stil water' ( precies bij de omkering van het tij). We moeten om ongeveer 21 uur ter plaatse zijn en daarvoor moeten we om 12 uur vertrekken. Onderweg gaat het lekker en er steekt een goed zeilwindje op. Tegelijkertijd merk ik dat de barometerstand in enkele uren naar beneden 'vliegt'. Omdat ik op de weerkaartjes van het havenkantoor al gezien hadden dat er een front ons zou gaan passeren (waar mogelijk slecht weer in zit) hou ik de meter goed in de gaten. Een klein uurtje later is de meter nog verder gedaald. We zijn nog 5 mijl van de Raz du Seine verwijderd, maar zien daar een zware pikzwarte lucht boven hangen. Een korte blik van verstandhouding en we verleggen de koers naar de kust. We moeten ankeren bij St. Everette, omdat we vanwege LW niet meer de haven van Audierne binnen kunnen. De regenbui lijkt verder weg te trekken en het lijkt kalm te blijven. Echter rond 23 uur zien we de eerste lichten aan de horizon en al snel steekt er een harde wind op, we zien 25 knp (dikke 6Bft) op onze beschutte ankerplaats en tollen rond op het anker. In de lucht is het oorlog, zoveel lichten van onweersflitsen. Nico houdt de wacht in de kuip tot ongeveer half 3.
Fijn dat we de juiste beslissing hebben genomen.

Dol Fijn

De volgende zeildag is er eentje, die in de boekjes mag: lekker zonnetje en een goed windje. We zien veel kleine bootjes, maar vooral ook zeemeeuwen bij die boten en platen hangen. Dat betekent dat er veel vis zit. Nico vraagt nog met een schreef gezicht of we het visplankje nog moeten uithangen. " Wat denk je?" "Zullen we gaan proberen om vis te drogen in onze achterhut?"

Vis trekt vis aan en heel in de verte zien we al vinnetjes boven het water, die lijken onze kant op te komen. Als ik in de kombuis ben om het eten klaar te maken (tonijn), roept Nico mij. Hij staat voor op de boeg met stralende ogen en een grote glimlach op zijn gezicht. Rond onze boeg zwemmen zeker 6 a 7 dolfijnen. Ze zwemmen zo hard en door elkaar dat ze niet te tellen zijn. Ze zijn ruim 1,5 m lang, donkergrijs met een witte onderkant. Ze zwemmen vlak langs ons, spelen met de boeg en met elkaar. Komen omhoog en draaien zich naar ons toe, kijken ons recht in het gezicht aan. Wat een prachtig schouwspel, ze lijken er geen genoeg van te krijgen, net als wij. Wij maken diverse filmpjes en foto's. Wat is dit geweldig om te mogen beleven/zien!!


"Con, wat moet ik doen?"

Het ritje tussen Doelan en Concarneau is een kort stukje, zo'n 15 mijl. Het missert; is bewolkt en benauwd. Nico heeft gisteren in Doelan het ontbrekende loodje van het visplankje (paravaan) gekocht en zit wat te knutselen. Het vistuigje met diverse rode veertjes en een namaakvisje op het einde van de lijn wordt achter de boot uitgegooid. Ondertussen drinken ze koffie/thee en keuvelen we wat. Ineens zien we wat zwarts boven water .... zou dat wat zijn? Nico haalt het boven water voor de helft en zegt dat het loos alarm is. Nog geen 10 min. later zien we het weer. Nu haalt hij alles in en ja hoor .... we hebben beet. Shit, dit is een behoorlijke vis, zo'n 60 cm. lang.
"Con, wat moet ik doen?" "He, jij bent toch een man, in de oertijd een jager. Jij behoort toch instinctief te weten wat je nu moet doen!".
Emmertje, groot mes en handschoenen had ik al klaar staan. Handschoenen zijn niet nodig, het velletje is superglad. Ik pak nog een plank en wijst heldhaftig vanaf een afstandje dat Nico achter de vinnen de kop eraf moet snijden. Nico lijkt zichzelf moed in te spreken door te mompelen " snel uit zijn leiden te verlossen" en snijdt dan met krachtige haal de kop eraf. Alsof hij dit dagelijks doet. Dik bloed spuit eruit en uit het ruggemerg komt een hele straal liquor (hersenvocht). De kop gaat direct overboord en ik neem het lijfje mee naar beneden om de ingewanden eruit te halen. Er zit zoveel spanning in het lijf dat het ergelmatig nog een schrok geeft als ik het schoonmaak. Iedere keer schrik ik hier van en moet mezelf even 'toespreken' om door te gaan. Brrr ..... Er zit nog een heleboel kuit (eitjes) in, wat zielig!
Eenmaal schoon en ingepakt in het kleine vriesvakje zijn ze toch wel benieuwd wat we gevangen hebben. We sturen foto's naar het thuisfront en al snel komt er anwoord van mijn zusje: een jonge gestreepte tonijn, deze kunnen tot 5 kg zwaar worden. Wij hebben zomaar een jonge tonijn gevangen, ongeveer 1,5 a 2 kg. Terwijl wij nog nooit gevist hebben. We hebben voor zeker 4 maaltjes in de vriezer liggen.
Twee uurtjes later smullen we van een heerlijk vissoepje en s'avonds staat er moot tonijn op het menu.

Doelan

We zeilen vanaf Ile de Groix naar Concarneau, maar de wind draait.
Hierdoor komen we eigenlijk recht tegenover het dorpje Doelan uit, die al langer op mijn verlanglijstje staat. Het plan is om een kijkje te nemen, maar we zijn er al snel uit dat we een nachtje blijven. Wat een pittoreske havenplaatsje met een mooie wandelroute langs de 1,5 mijl langwerpige haven. Een boulangerie is er niet, je bestelt een baquet bij een cafe/restaurant voor de volgende dag. Om 15 uur komen de vissersboten binnen, en kan je bij de visafslag de vangst van de dag kopen, kakelvers.
              

Ondanks dat het weer niet helemaal mee zit, duik ik nog een keer het glasheldere water in. Dit zou best weleens mijn laatste zeeduik kunnen worden van deze vakantie.
s' Avonds eten we aan de kade met een provisorische keuken onder een zeil aan lange tafels tussen de Fransen met alleen visgerechten. De afwasmachine is een grote vuilnisbak, want alles is van plastiek, ondanks dat het servies er als echt uitziet. Het menu staat op een groot krijtbord en als er iets op is, gaat er een grote streep doorheen. Een van de 4 bedienden, een jongeman met een strohoed, doet ontzettend zijn best om de streekgerechten voor ons in het Engels te vertalen. Afrekenen in cash, geen pin of visa. Trouwens er zijn geen pinautomaten in de buurt.
                            

Bab El West: african groove

Na het etentje slenteren we terug naar de jachthaven, als we live muziek horen. Het klinkt best aardig en Nico gaat onze jassen halen, zodat we nog even kunnen blijven. We worden zo gegrepen door deze muziekstijl, die je het best kunt omschrijven als een samensmelting tussen Marokkaanse muziek met een rock/groove stijl, dat we blijven tot het laatst. Mijn voetjes komen goed van de vloer en Nico geniet met zijn whisky in de hand.

Voor de nieuwsgierigen: zie hun eigen site en op You Tube.
https://www.youtube.com/watch?v=BK7f82_thnc

Tentation ( betekent verleiding)

Op voorhand wil ik zeggen dat er over smaak niet te twisten valt. En daarbij ben ik absoluut geen stijlicoon!

De volgende dag ga ik proviand halen in La Roche Benard en kom in de winkelstraat. Wat schetst mijn verbazing? Het hele straatbeeld is een vertoon van oudbolligheid. De 2 charcuteries hebben er een kunst van gemaakt om hun zaak helemaal vol te stouwen. Er is nauwelijks nog ruimte voor 3 klanten. Kledingzaken verkopen vooral tijdloze mode. Zo tijdloos dat het vooral saai is. In de zaak, waar ze sportkleding verkopen, hingen 2 grijze nietszeggende jurken in de etalage. Ik was benieuwd welke sport hierbij hoorde?
Zelfs de bloemenzaak had zich aangepast: originele rode geraniums en plantjes met van die oranje besjes stonden prominent aan de straatkant. Maar de kroon spande toch wel de winkel met grote letters Tentation op zijn venster. In de etalage stonden 2 poppen, een ervan in een nauwsluitende degelijke pyama en de andere in een ouderwetse BH met directoir ( zo'n tent als onderbroek). Zou ik Nico hiermee kunnen verleiden vanavond?

Omdat m'n mobiel leeg was, heb ik een fotootje van internet geplukt. De etalage valt hier nog mee ....

De rivier Vilaine/La Roche Benard

Op Ile Houat besef ik dat we nog 3,5 week heben en als we dit tempo volhouden we veels te vroeg thuiskomen. Liever nog wat tijd hier spenderen dan dat we dadelijk nog een week in Zeeland kunnen varen. Overigens niets ten nadele van de Zeeuwse wateren. En dus stel ik voor dat we de tip van Hans en Susan opvolgen en de rivier Vilaine bezoeken. We moeten de rivier op met HW/opkomende tij, want grote gedeelten vallen droog. De rivier is een plaatje: veel groen met hier en daar een huis/tentje aan het water. Na 4 a 5 mijl moeten we een sluis door en dat zijn wij niet meer zo gewend de afgelopen 8 weken. Trouwens de Fransen ook niet: eerst gaat de brug open voordat de sluisdeuren opengaan. Het gevolg is dat de automobilisten 3 kwartier moeten wachten voordat de brug weer sluit. Fijn als er ieder uur een sluisopening is.

                  
Als we het plaatsje La Roche Benard binnenlopen, weten nog niet wat we ervan moeten vinden. Voor het oude gedeelte moet je een stukje klimmen, via een autrovrij pad. Boven zien we vakwerkhuizen, die veel weg hebben van hetgeen je in het Zwarte Woud veel ziet. Vinden we dit mooi hier? Past dat hier? s'Avonds gaan we uiteten, buiten op een klein pleintje, omringd door deze huizen met donkerrode kapjes (lambrizering). Alles is zo 'kleinburgelijk' opgezet. Op dit kleine pleintje met 3 terrassen is het eigenlijk erg rustig. Na negenen is er nog nauwelijks leven op straat. Niet echt een levendige toeristenoord, zoals het in de pilots beschreven staat.


De volgende dag wagen we ons aan een nieuwe sport. We huren paddle borden en gaan de rivier op.



Eilandhoppen: Ile de Re, Ile de Yeu, Houat, Ile de Groix en Hoedic

Op onze geplande weg naar huis, staan nog een flink aantal plaatsen, die we willen bezoeken. Omdat we gek zijn op eilanden en omdat die eilanden zo mooi op een rijtje liggen, is het een bijna logische keuze. Eigenlijk willen we niet dezelfde plaatsen als de heenreis aandoen, maar vaak ontkomen we er niet aan.

Ile Houat en Hoëdic zijn 2 miniscule eilandjes bij het schiereiland Ouiberon. Rond de eilandjes zijn diverse ankerbaaitjes bij mooie zandstranden. Ze zijn vooral bij de Fransen zeer populair en wij 'sluiten' aan in de rij. Behalve het prachtige uitzicht, zien we weinig van de eilandjes. Beide keren komen we s'avonds rond 21 uur aan en moeten de volgende dag weer vertrekken. Weer een reden om vooral nog een keer terug te komen :)

Ile de Groix was eigenlijk niet de geplande reisbestemming. Onderweg naar Concarneau (vanaf Houat) hebben we prima zeilweer, maar precies op de kop. We moeten dus of kruizen of op de motor verder. We kiezen voor het eerste. Na 4 uur zeilen hebben we ruim 20 mijl op het log staan, maar in onze koersrichting slechts 4 mijl. Natuurlijk moeten ze de eindbestemming bijschaven en lopen we s'avonds Ile de Groix binnen. De 2 havens zijn overvol en ook wij worden weggestuurd. Daarom ankeren we wederom bij een mooi strandje en beloven elkaar dat we de volgende keer dit eiland wel met een bezoek gaan vereren.

Luxe problemen 2

Mijn laptop is het er niet mee eens dat er al 7 a 8 weken geen updates meer kunnen worden geinstalleerd, vanwege trage verbindingen overal. Hij weigert nog langer dienst, tenminste als het om internet gaat. Ook Nico's laptop is aan 't muiten. Het gevolg is dat ik nu afhankelijk ben van een internet cafe of PC bij een havenkantoor om berichtjes te posten. Daarnaast kan ik ook geen foto's of filmpjes meer uploaden. Helaas, helaas ...

We hebben nog een goede 2 weken. Eenmaal thuis zal ik de berichten opfraaien.

Zadelpijn

De volgende stop is St. Martin op Ile d'Re. Zeg het vooral niet voort  ....  maar wat een mooi eiland. Het is door een brug verbonden met het vaste land. Echter de tol voor deze brug is dermate hoog dat dat misschien een reden is dat we slechts 2 keer Nederlands horen in 1,5 dag.

Ile dÝeu had ik eerder vergeleken met Terschelling, maar de vergelijking gaat hier nog meer op: geasfalteerde brede fietspaden langs de mooie waddenkust, langs wijnranken, door een haaf van hoge coniferen, langs zoutpannen of gewoon met uitzicht op pittoreske dorpjes zoals St. Martin en Ars-de-Re.
St. Martin heeft roomwitte geverfde huizen met sierijzer op de balkons en kasseienstraatjes opgefleurd met veel bloemen. De jachthaven is er weer een met een drempel, die rond HW een paar uur open staat. Een groot gedeelte van de jachthaven is omringd door terrassen, die iedere avond tot de laatste stoel bezet zijn.
Ik krijg Nico zo gek dat we een fietsdagje houden. Langs de dijk eten we een bordje Fruit de Mer, terwijl aan de overkant de oesterboer ons maal met de traktor van het drooggevallen wad oogst. Wat is het leven mooi!

Natuurlijk moet er ook nog gefietst worden. Met ons kleine wieltjes rijden we hele Franse families voorbij (niet gewend om veel te fietsen?). We merken dat deze fietsjes eigenlijk niet zo geschikt zijn voor langere afstanden. Ondanks de 6 a 7 versnellingen, trappen we ons rot voor een beetje snelheid. En om de vormen van het zadel niet helemaal in onze billen te beeldhouwen, wisselen we regelmatig van fiets. Volgend jaar eerst op zoek naar zachte zadels.

Als toetje van de dag laat ik Nico nog een aardig stuk naar een strandje fietsen, omdat ik zo graag nog even een duik wil nemen. Eindelijk op het terras tegenover onze boot, krijgt hij zijn beloning: zijn biertjes verdampen veel sneller dan mijn wijntje.

Huitres

Zoals we ondertussen weten is zondag in Frankrijk de familiedag bij uitstek. Behalve de boulangerie is in grote steden soms een enkele supermarkt in de ochtenduren even open, maar voor de rest is het uitgestorven in de centra.
Mijn verbazing was dan ook groot, toen ik op zondagochtend in La Rochelle naast de boulangerie een kraampje zag staan, iets groter dan bij ons zo'n Vietnamees loempiawagentje, met wel 6 verschillende soorten oesters te koop; vanaf E 3,50 tot E 6,- per dozijn. Natuurlijk heb ik een dozijn gekocht. De verkoper probeert mij uit te leggen dat oesters allemaal een andere smaak kunnen hebben, afhankelijk van de temperatuur van het water. Dit had ik al eerder gehoord.

Ronald Giphart heeft er nog een leuk stukje over geschreven: Een oester is een in ziltmater levend 2  slachtig dier, waarvan de zinnenprikkelende geur iets weg heeft van de geur van het tussenbeense: Daarnaast vertonen schelp en inhoud een ontegenzeggelijke gelijkenis met de vulva en plein air. Het zink wat in de oesters zit, zou niet alleen tegen verkoudheid helpen,maar ook de zaadproductie van mannen doen schuimen van enthousiasme.

Of de afrodistische werking van oesters waar is?? Zou dat de reden kunnen zijn dat ze op zondagmorgen zo gretig aftrek vinden?

Wij hebben wel een vermoeden, maar als iemand een wetenschappelijk onderzoek wil instellen, dan doen ze graag, geheel belangeloos, mee ( ha, ha ...)                  

woensdag 5 augustus 2015

La Rochelle

Voor de Frankrijk kenner behoeft La Rochelle geen introductie. Een stad met heel veel historie rondom 3 jachthaventjes. Het centrum begint met 2 toegangstorens, die als enorme schaakstukken de binnenhavens, Le Vieux Bassins beschermen.

De binnenstad zit vol met terrassen en historische gebouwen. Er is zoveel te zien en te doen dat er in de pilots verwezen wordt naar eigen initiatief en keuze via de Bureau de Tourist. Wij houden vooral een rustdagje: doen wat opruim- en poetswerk en bezoeken un laverie. In Nederland is de wasserette allang uit het straatbeeld verdwenen, terwijl hier in Frankrijk hele volksstammen er gebruik van maken. Gezellig met z'n allen naar draaiende trommels kijken of zoals ik eerder had een zeer geanimeerd gesprek met een Duitse jongeman, die voor een talencursus in Frankrijk was. En met mij Engels sprak ;)
's Maandagmorgens bezoeken we het Aquarium met enige tegenzin van mijn kant; "Heb al genoeg vissen in bakken gezien deze vakantie" en gekscherend "Ik zie een visje toch het liefst op mijn bord liggen", maar dit was geheel onterecht. Dit aquarium heeft behalve een Noord Atlantische biotoop ook nog veel meer in zijn 'collectie': 12.000 sea creatures in 78 aquaria o.a. Caribische Zee, Polynesische Zee en Great Barrier Rif. Het steekt echt ver boven de andere aquaria, die we tot nu toe gezien hebben. Mede door de opzet, mooie kleur- en licht intensiteiten en de goede info per koptelefoon (niet te langdradig).
Enigste minpuntje was ons uitgekozen tijdstip. Het aquarium liep vol met jonge gezinnen, vooral veel kindjes tot 3/4 jr oud. Daar mag/kan je niet van verwachten dat zij 3 uur rustig door een aquarium heel lopen!


zondag 2 augustus 2015

De beloning

Na een goede nachtrust zitten we s'morgens in Royan aan het ontbijt en zien de een na de ander vertrekken. We hebben nog niet gekeken naar het tij, maar een blik naar buiten zegt al genoeg. We slaan een vluchtige blik en ons vermoeden wordt bevestigd. We vertrekken direct. We worden met de ebstroom mee naar buiten gesleurd en krijgen weer even die vervelende golfslag voor onze kiezen. Gelukkig is dit maar van korte duur. Het wordt een geweldige zeildag: windje van 15/20 knp (4/5 Bft) met zon. We genieten alle twee met volle teugen en zijn de ontberingen van de dag er voren heel snel vergeten.  Onze Bai Sait loopt fantastisch, we halen een aantal vergelijkbare schepen goed en dat doet Nico's zeilershart heel goed. We maken een ere rondje en lopen s'avonds rond 8 uur het mooie plaatsje La Rochelle binnen. Snel pakken we nog een watertaxi naar het oude centrum, waar het een drukte van belang is.


"Verveel je je al?"

Nico krijgt een emailtje van een collega met de vraag of hij zich al verveelt. Mogelijk denken nog meer vrienden en kennissen ditzelfde. Ik weet overigens niet hoe hij dit heeft bedoelt: qua werk, of teveel vrije tijd (strand liggen) of misschien wel het gezelschap van z'n vrouw ;)

Nee, vervelen doen we ons geen moment. We hebben ons vervoermiddel bij ons en hebben zoveel mogelijkheden om op de mooie plekjes te komen. We gaan van stadje naar stadje.We zitten echt in een geweldig gebied, zoveel natuur- en cultuurschoon te zien. Het weer is geweldig. De mensen, die we vaak min of meer toevallig ontmoeten, zijn ook allemaal in vakantiestemming, waardoor het heel makkelijk is om contacten te leggen en al snel tot leuke gesprekken te komen in een soms allegaartje van talen. Er wordt overal heel veel georganiseerd: gratis muziekfestivals en straat theater.
Vooral in Spanje zie je dat men op straat 'leeft'. Bij diverse barretjes, vaak niet meer dan een standje, komen hele families met kinderen samen en wordt er op volop gekletst en gedronken, terwijl de kinderen tot laat heerlijk op straat ouderwetse straatspelletjes met elkaar doen (ballen, tikkertje, elastieken en krijten). De sfeer is zo gemoedelijk, echt prachtig om te zien.

Daarnaast heb je met een zeilschip krijg je doorgaans geen kans om je te verlegen. Er zijn bijna altijd wel dingen, die onderhoud nodig hebben of verbetering/reparatie behoeven.
Op zee heb je immers geen Gamma om de hoek en ook geen installateur of monteur, die je even inhuurt. En juist door de krachten, die veel groter zijn dan op het land, heeft het materiaal meer te lijden en is dus eerder kapot, ondanks alle high tech materiaal van tegenwoordig.
Daarbij komen de gebreken regelmatig naar voren als het niet gelegen komt.
In deze vakantie heeft Nico buiten het normale onderhoud (bvb motor nakijken) al diverse reparaties moeten uitvoeren: vastgelopen kraanlijn in de giek (2 keer erin en eruit), lekke luiken, kapotte navigatieverlichting aan de preekstoel (rode en groene boordlicht aan de voorzijde - die hij bij de eerste oversteek op zee heeft geprobeerd te repareren). verstopte afvoer van de rechter afwasbak en een overloper van de linker afwasbakslang, kapotte binnenverlichting, kapotte stuurautomaat, doorgebrande accu en nog meer enkele van deze klusjes, die hij maakt (of al gerepareerd heeft) buiten mijn zicht.
Kortom het mag best eens gezegd en geschreven worden  .... ik ben ontzettend blij (en gelukkig) met mijn handige technisch mannetje.

Zeilen is soms afzien

We vertrekken s'morgens voor een overtocht van ongeveer 120 mijl, waarvan we verwachten dat we daar zo'n 20 uur over gaan doen. De eerste uren hebben we weinig wind en dat komt erg goed uit. Nico is al een aantal dagen bezig met de stuurautomaat (die houdt het schip op een bepaalde ingestelde koers), die ermee opgehouden is. Alles nagekeken, opnieuw gekalibreerd en na 1 dagje houdt hij het weer voor gezien. Nico schijnt te kunnen horen (hoe begrijp ik nooit) dat het probleem in de overbrenging zit. Dit zit onderin de bakskisten (zijn de 2 grote ruimtes achter in het schip), die natuurlijk vol zitten met diverse grote spullen. Midden op zee, hebben we al drijvend de kisten uitgeruimd en bleek dat er een grote schroef afgebroken was. Gelukkig nog een iets smallere aan boord en het probleem is snel verholpen.

Reisplanning

Een uitgestippelde reisroute hebben we niet, maar we weten wel altijd wanneer we echt aan de terugreis moeten gaan denken/aanvangen. Het komend weekend zijn we alweer 7 weken onderweg, waarvan we er 3 in Spanje geweest zijn. Er zijn nog 4 weken over en die willen we gebruiken voor de terugreis. Natuurlijk kan het veel sneller, maar het is verstandig om ook rekening te houden met zg. 'verwaaidagen'. Dagen, waarop het weer het minder toelaat om rustig uit te varen. Deze grens ligt voor een groot deel ook bij de competenties van de bemanning.

Hendaye

Als we de rivier Bidasoa opvaren, die de grens vormt tussen Frankrijk en Spanje, zien we gelijk waar we het gisteravond over gehad hebben. Aan SB (rechts) Fuenterabia (Spaans) met een kleine marina vol met kleine visserbootjes, hoge rood/gele huizen en een wat 'slordig' straatbeeld. Er is hier duidelijk geen planoloog aan te pas gekomen. Aan BB (links) ligt Hendaye: een grote marina vol met zeiljachten, bijna geheel omsloten door kunstmatig aangeplante palmbomen. Er naast liggen diverse toelevingsbedrijven, een statig havenkantoor en luide discogeluiden uit juke boxen voor entertainment aan jongelui. Verder een vakantiepark met villa's in allemaal dezelfde bouwstijl (saai!). Misschien zijn hier wel teveel planologen bij betrokken geweest ;))
In de namiddag slenteren in de motregen over de boulevard van Hendaye en nemen een kopje thee en koffie bij een strandtent. We schikken ons rot van de prijs: 1 kopje thee voor E 3,60.

s'Avonds kunnen we het niet laten en gaan met het gammele pontje naar de overkant. We slenteren door de mooie straatjes, vol oude keien en hoge huizen. We sluiten af in stijl: paella met een fles Rioja.

Tussentijdse evaluatie

In Pasajes zijn we ons goed bewust van het naderde afscheid van Spanje. s'Avonds in de kuip, met een kaarsje en een glasje Rioja stelt Nico de retorische vraag: "Wat vond jij leuker: Spanje of Frankrijk?". Tja, kan je deze 2 landen met elkaar vergelijken?
Frankrijk, waar de zeilsport ver ontwikkeld is met moderne goed geoutilleerde marina's tegenover Spanje, waar de zeilsport vooral iets van 'vreemde' buitenlanders is. Hier is het vissen op zee weer mateloos populair. De nieuwe jachthavens liggen binnen no time vol met lokale vissersbootjes en als visitor moet je maar genoegen nemen met een plekkie ergens achteraf of moet je zelf je weg maar vinden. Een uitzondering was de marina van Santander, waar we alle hulp kregen van een zeer vriendelijke havenmeester.
In Frankrijk kan je na 15.00 uur niet meer terecht voor een lunch, terwijl wij vonden dat zeker in de Spaanse restaurants de mensen keihard (moesten) werken en dan toch uitermate vriendelijk en zorgzaam waren. Complimenten en een fooi werden hier echt gewaardeerd. De prijzen in bars en restaurants waren in Spanje ook veel 'vriendelijker', echter het was bizar wat ze als havengeld durfden te vragen, ook zoals in San Juan zonder het aanbieden van een faciliteit (komt eraan, misschien volgend jaar...)
De sfeer en  omgeving vonden wij in Spanje iets relaxter (minder overgeorganiseerd) en natuurlijker overkomen. De architectuur vonden we over het algemeen mooier en authentieker. Kortom veel redenen om te gaan onderzoeken hoe we hier (Noord Spanje) in een van de komende jaren kunnen terugkomen op eigen kiel.

Pasajes

Al vanaf het begin van de vakantie heeft Nico het over Pasajes. Hij heeft daar in de beginjaren van zijn huidige baan een keer een schip bezocht en de invaart is hem altijd bijgebleven. In de pilots lees ik dat het niet bijzonder interessant is.
Inderdaad is de invaart spectaculair. Vanuit zeezijde is het een nauwe spleet tussen hoge rotsen en lijk je zo een droomstadje binnen te varen.

Deze droom valt in duigen als je na zo'n 2 mijl aan stuurboordzijde (rechts) veel havenindustrie zie, met name veel overslagcapaciteit.
Aan bakboord (links) ligt een leuk stadje San Juan met een wandel/fietspad tot aan de monding van die rivier (haveningang). Minder plezierig vond ik de vele spandoeken en graffiti, die op de balkons en tussen de huizen hingen met leuzen, die verwezen naar de onderdrukking en loofbetuigingen  aan de ETA. Nergens anders in Baskenland hebben we dit zo duidelijke nationalistische verlangen  sterker gevoeld dan hier.

(filmpje komt later van de ingang)

San Sebastiaan

San Sebastiaan is gelegen rond een baai, la concha geheten. Bijna rond de gehele baai is er strand en een brede boulevard met aparte fietsstrook. De hele dag en nacht is het hier een drukte van belang. Ook diverse 'kunstenaars' laten hun werken zien en willen graag verkopen.
Het centrum ligt dichtbij de boulevard. Het bestaat uit het oude stadsgedeelte, wat haast nog mooier is dan alle kleine winkeltje en tapasbarretjes. s'Avonds is het hier toch toeven, er wordt gewandeld, gedronken aan de voet van de St Maria kathedraal en vooral veel gekeken.

Ook wij doen eigenlijk niets anders dan lekker wandelen, fietsen en flaneren. Even kan ik het niet laten en ben toch de Desigual winkel binnengelopen. Er stond immers met grote letters REBAJAS op de ramen. Ik haal er inderdaad een schitterend jurkje en een zomertruitje uit de rekken. Natuurlijk loop ik s'avonds met het jurkje door de mooie straatjes.
We komen er niet aan toe om het aquarium of musea te bezoeken, maar missen het ook niet. En voor het eerst sinds ons verblijf in Spanje horen we verdacht veel Nederlands om ons heen.

Na 2 nachten verlaten we deze mooie stad en weten bijna zeker dat we er gaan terugkomen (dan wel hopelijk zonder dit arrogante jachtclub ;)

Tapas of pintxos?

In Baskenland worden geen tapas geserveerd, maar pintxos. Pintxos zijn groter dan tapas en hebben bijna altijd een plakje stokbrood of smal ovaal broodje als ondergrond. We hebben eenvoudige pintxos gezien, die veel weg hadden van onze bammetjes, maar ook echte kunstwerkjes, die opgebouwd waren uit meerdere laagjes, met een prikkertje bij elkaar gehouden werden en vaak verfraaid met olijven, opgerolde ansjovisje oid. Bij de betere pintxos klopte ook de kleurcombinatie goed. Het oog wil immers ook wat!
De pintxos worden genuttigd in barretjes, maar er zijn ook restaurants, die naast de pintxos ook een menukaart hadden. Echter werd er weinig gebruik gemaakt van deze kaart. De pintxos liggen uitgestald op de bar en kiest uit, pakt van het blad en laad het op z'n eigen bordje. Traditioneel drink je hier Rioja wijn of Txakoli bij. Dit is een soort mousserende witte wijn, die soms met theatrale gebaren ingeschonken wordt. Wij hebben in een restaurant in Llanes naast een stel gezeten, die deze wijn van grote hoogte in een glas schonk en daarbij alleen de onderste 1,5 cm. vulde. Dat dronk hij in een teug leeg en dan begon het hele ritueel opnieuw. Nadat ze 2 flessen van dit goedje hadden gedronken, konden wij dit schouwspel wel dromen.

Hoewel we heerlijke pintxos hebben gegeten, vinden wij tapas toch lekkerder; vooral omdat die kleiner zijn (en dus meerdere soorten kan uitproberen), warme hapjes zijn en gevarieerder zijn. Hoop dat de Basken dit maar niet lezen ....

Kouwe (ouwe) kak

Geheel volgens Spaanse gewoonten zijn de faciliteiten voor bezoekende jachten waardeloos, terwijl men zonder blikken of blozen de hoofdprijs durft te vragen. Anderzijds kijken ze er niet van op als je vlak voor hun deur het anker uitgooit. Ze lijken bezoekende jachten als lastpotten te ervaren en hebben geen idee hoe ze hun natuurlijke rijkdommen (bezienswaardigheden) ook voor het zeilvolk zou kunnen uitbaten.
In San Sebastiaan moeten we gebruik maken van de plaatselijke jachtclub, halverwege de boulevard. Aan de deur moet je eerst de naam van je boot zeggen en dan vertellen wat je kom doen (door een intercom), anders wordt er niet open gedaan voor je.
Als ik op een keer vraag naar informatie over het tijd en de plaatselijke waterhoogte in de haven, word ik niet toegelaten en als een klein meisje afgewimpeld. Dat laat ik niet gebeuren en vraag wat minder beleefd dat ze mij toch deze informatie persoonlijk kunnen geven. Eenmaal binnen wordt de toon milder en krijg ik hetgeen waarvoor ik kom (wel met moeite).

Achter de besloten deuren van deze clubs zijn diverse mensen, geheel in stijl (uniform) beschikbaar voor de leden. We zien receptionisten/telefonisten, barpersoneel, bewakers, tig administratieve medewerkers en natuurlijk managers. Waar al deze mensen zich de hele dag mee bezig houden is ons een raadsel. De entourage doet denken aan de sjieke herenclubs van de jaren 20/30 van de vorige eeuw, zoals je die in films ziet. Van de leden wordt verwacht dat ze ook in gepaste kleding verschijnen: mannen in lange broek en overhemd, vrouwen in rok/jurk. Vanuit hun oogpunt zijn zeilers in shorts en vieze slobberige t-shirts rare snuiters, die geen kaas hebben gegeten van etiquette en stijl. De gemiddelde leeftijd van de aanwezige leden schat ik boven de 65 jaar. De heren lijken zich vooral bezig te houden met sigaren roken, naar buiten (zee) staren en een kaartje leggen. De vrouwen nippen aan hun rioja (of rose) en kletsen vooral veel.

Gelukkig hebben we bij diverse kleine stadjes zoals Bormeo en Getaria de bouwactiviteiten gezien van een echte jachthaven met een nieuw sanitairgebouw. Hiermee hoop ik dat we in de toekomst niet meer last hebben van de onwelwillendheid van deze snobistische clubs (die waarschijnlijk door een gemeente bestuur min of meer zijn gedwongen om ons zeilers 'op te vangen').

Roller coaster

Dat het zeilers bestaan niet altijd over rozen loopt, bewijst wel de volgende nacht. La concha, de baai van San Sebastiaan, ligt open naar het noord westen. Als de wind vanuit het NW waait, komen de golven zo de baai binnen rollen.
Toen we zondag namiddag de baai invoeren, was het beredruk met vele motorbootjes en een enkele zeilboot. De baai ligt vol met meerboeien, in de linkerhoek is een kleine jachthaven met een steiger van wel 25 m. voor bezoekende jachten.

Deze steiger was bezet, zodat we kozen voor een meerboei. Veel ankerruimte is er ook niet in de baai en wordt afgeraden vanwege de vele betonblokken (waar een meerboei aan vastzit) waarvan de bodem mee bezaaid ligt. Onze uitgekozen meerboei, die nog enigszins achter een eilandje lag (en dus wat beschutting geeft) wordt afgewezen door de havenmeester, die rondvaart in zijn bootje. We worden verwezen naar een andere meerboei.
s'Avonds en s'nachts trekt de wind aan. We liggen te stuiteren aan de meerboei. Met korte rukken en halen worden we van de ene naar de andere kant op geslingerd. Het normaal zo heerlijk ruisende watergeluid lijkt nu meer op een stel pauken, waar de paukenist met grote regelmaat zijn energie op botviert. Van slapen komt weinig terecht. s'Morgens zijn we het erover eens dat we dit niet nog een nacht ons laten overkomen. We sluiten aan bij het kleine bezoekerspiertje en liggen weldra met 6 schepen hieraan.

"Wat let je?"

Zondagmorgen aan het ontbijt in de kuip, het is te heet om op ons achterdek te zitten, zien we diverse mensen in de vissershaven (wat in het verlengde van het kleine jachthaventje van Guetaria ligt) zwemmen. Verderop varen er meer kleine bootjes rond dan anders.
Voordat we vertrekken, wil ik nog even een duik nemen aan het strand, wat links van ons ligt. Het is daar zo druk, dat ik rechtsomkeer maak en wil voorstellen om onderweg een baaitje op te zoeken.
Bij de vissershaven is het nog drukker geworden en aan het uiteinde zie ik een grote groep zwemmers staan met zwart-gele badmutsen op. Aan een toeschouwster vraag ik wat er aan de hand is. Vandaag wordt de jaarlijkse zwemevenement gehouden om de baai over te zwemmen van Guetaria naar Zarautz, een afstand van ongeveer 3  km. Er wordt in 4 ploegen gestart, geclassificeerd naar snelheid: de competitieploeg als eerste en de prestatieploeg als laatste. Ik vraag of ik mij nog kan inschrijven, maar die is 2 mnd geleden gesloten. "Echt jammer!" denk ik.
We zien de eerste ploeg starten en binnen 3 tellen nadat de lijn omhoog is getrokken, is het rustige water een heksenketel. Deze mannen (ik heb slecht 2 badpakken gezien) gaan echt hard van start.
Ik stel aan Nico voor om met onze dingky een stukje mee te varen. Nico moppert nog een beetje, zo van "wat zie je daar nu aan?", maar legt toch snel ons bootje in het water, buitenboord motor erop, zwemspullen mee en we zijn net op tijd om de start van de laatste ploeg met de helblauwe badmutsen nog te zien. Nadat de laatste zwemmers ons gepasseerd zijn, we liggen nog in de havenkom van het vissershaventje, verzucht ik weer eens dat ik het zo jammer vind dat ik niet mee kan doen. Nico kijkt mij aan en zegt: "Wat let je?"


Bliksembezoeken

Na Getxo brengen we 2 bliksembezoeken aan Bormeo en Guetaria. Deze laatste plaats wordt ook hier en daar als Getaria gespeld.

Als we de haven van Bormeo binnenvaren, zien we grote meerboeien liggen en een enkel groot vissersschip eraan. We kunnen brutaalweg ook zo'n boei pakken, maar besluiten de havenmeester op te roepen. Die geeft geen gehoor op het VHF kanaal en ook telefonisch blijft het onbeantwoord. We besluiten net als een Fransman, een stukje kademuur te confisqueren. Deze manier van aanleggen is nieuw voor ons. Eerst leggen we vanaf de midden bolder een lijn naar de ijzeren trap in de kademuur. Nico klimt omhoog en ik probeer lange lijnen vanaf het schip naar boven te gooien. Na diverse keren liggen we met echt lange lijnen aan de grote bolders bovenop de kademuur vast, rekening houdend met een waterhoogte verschil van zo'n 4,5 meter als gevolg van het tij.



s'Avonds is het een gezellige drukte in het stadje. Het is vrijdagavond en de lokale bevolking luidt het weekend in met muziek en dans. Een plaatselijke dansschool loopt van kroeg naar kroeg en laat haar kunsten van de Caribische dansen (salsa, merinque en cha-cha-cha) zien. Ik probeer Nico nog over te halen om een pasje mee te doen, maar mijn pogingen lopen op niets uit ... helaas.

Zaterdags' varen we weer een kort stukje naar Guetaria. Volgens een van de pilots mag je dit stadje niet overslaan. Inderdaad is het een heel mooi stadje met ook weer de gebruikelijke gezellige drukte tot s avonds laat. Kinderen spelen tussendoor met elkaar of liggen op straat een tekening te maken. Het lijkt dat er hier veel vrijer met kids wordt omgegaan, minder strakke regels worden opgelegd. We eten een heerlijke gegrilde zeebaars en genieten ondertussen van het uitzicht op zee.



zondag 26 juli 2015

Peluqueria ecologica ... als je haar maar goed zit

Ik waarschuw alvast vooraf .... mogelijk wordt dit een echt 'vrouwenpraatje'.

In een verwoede poging om mijn haar te laten groeien, loop ik al enkele weken in twijfel of ik nu wel of niet een kapper moet gaan bezoeken. Hoe leg je in het Frans of Spaans uit, dat je wel geknipt wil worden, maar er mag eigenlijk niets af (un petit peu? of un poco?) en zal ik die pony nu wel of niet verder laten doorgroeien? (Wat een lastige 'levensvragen'? ) Ik ben al een heel eind, maar de tol die ik ervoor betaal is of hele dagen een pet op of een bus haarlak erin (tip van vriendin). Tel daarbij zon en zeewater op en mijn haar raffelt, klit en breekt. Bij iedere borstelbeurt heb ik het idee dat er meer haar in de borstel zit dan dat er nog op mijn hoofd overblijft.

s'Avonds om 19 uur zie ik in Getxo een aardig zaakje. Hoewel er op de deur staat dat ze om 19 uur sluiten, zie ik ze binnen nog bezig met kapwerk. Een van 2 kapsters spreekt goed Engels en vertelt dat ik de volgende dag geknipt kan worden.




Douchen

In de baai van Gexto en Portugaleze (voorsteden van Bilbao) liggen we enkele dagen voor anker. Dat geeft vrijheid en rust, maar qua voorzieningen ben je op jezelf aangewezen. Soms kan je tegen betaling gebruik maken van de sanitaire voorzieningen van een jachthaven, maar dat is meestal een uitzondering.
Wij hebben aan boord een 40 l. boilertje, die gevoed wordt door 220 V of een klein half uurtje de motor stationair laten draaien.
Een van de ochtenden worden we wakker van een stevige regenbui. Mijn reflex is omdraaien en nog een uurtje doorgaan. Hopen dat het dan overgewaaid is. Helaas is dit niet het geval en besluit om er dan maar dankbaar gebruik van te maken. Douchen op het achterdek. Het ging goed totdat ik helemaal ingezeept stond en de regen overging in zeer geringe miezel. Kon ik nog naar beneden om 't zeep af te spoelen...

donderdag 23 juli 2015

Bilbao

Het is weer tijd voor een dagje cultuur. Ik heb een aantal bezienswaardigheden uitgezocht en we bekijken wel hoever we komen. Allereerst bekijken we de hangbrug bij Portugalese. Nico maakt nog een tripje bovenop de brug, ik zie het prima vanaf de onderzijde (ha, ha).
Natuurlijk mogen we het Guggenheim museum niet overslaan. Eerst fotograferen net als iedere andere toerist uitvoerig de buitenkant.

Naar Baskenland

De volgende 2 dagen zeilen we in dagtripjes naar Baskenland en bereiken de hoofdstad Bilbao. Tenminste  ... bijna, want je kunt met een jacht niet tot aan deze stad komen. We ankeren bij de voorsteden Portugelese en Gexto. Onderweg hebben we goed weer en eenmaal ankeren voor een paar uurtjes bij een baaitje, waar ik mijn zwemslagen weer mag oefenen. Nico past natuurlijk op de boot (ha, ha ...).

Daarna hebben we een rustig dagje aan boord door de 3 fronten, die ons passeren en veel nattigheid naar beneden geven. Dit kon niet uitblijven, omdat het steeds warmer en benauwder werd.

We liggen weer voor anker voor de boulevard: echt een moordplekkie. Gaan met de dingky naar de kant bij de jachthaven. Omdat dit een afgesloten stuk is, worden we behendig om over het hek te klimmen en langs de reling te lopen om bij ons bootje te komen. Misschien een beetje omslachtig, maar het geeft wel een veilig gevoel. Hoewel ... als wij het kunnen, kunnen anderen het ook.